,,Gemeente benadeelt middenstand’’

SCHERPENZEEL – Het Meldpunt Oneerlijke Concurrentie uit Nijmegen is teleurgesteld in de gemeente Scherpenzeel. In de Heyhorst werden van 25 tot en 27 april monsterverkoopdagen van het merk Gaastra gehouden. Volgens het Meldpunt was dit tegen de wet, maar de gemeente greep niet in.

Het Meldpunt Oneerlijke Concurrentie heeft weinig begrip voor het standpunt van de gemeente Scherpenzeel. Volgens dit meldpunt dat voor de belangen van het Midden- en Klein Bedrijf in Nederland opkomt, lijden de winkeliers in Scherpenzeel schade door deze verkoop in het sportcentrum.

Gerard van Deelen, commissielid voor de SGP, vroeg onlangs ook al aandacht voor deze kwestie. Ook hij vreesde dat de plaatselijke middenstand benadeeld zou worden door de verkoop.

Het Meldpunt wijst er op dat de Heyhorst volgens het bestemmingsplan helemaal geen plek voor detailhandel mag zijn. Daarom vroeg ze de gemeente dringend om in te grijpen bij de verkoop.

De gemeente heeft echter besloten om niet in te grijpen. In de eerste plaats wijst ze er op dat de Heyhorst een vergunning heeft voor bijzondere activiteiten. Daar zou deze verkoop onder vallen.

Bovendien meent zij dat handhaving een veel te zwaar middel is om deze eventuele overtreding aan te pakken. De Heyhorst sluit over enkele maanden de deuren. Ook was op het moment dat de klacht binnenkwam alles al voor de verkoop geregeld.

De heer Lammerts van het Meldpunt vindt dat deze argumenten geen hout snijden. Als de wet overtreden wordt, moet de gemeente optreden, is zijn stelling.

Hij is ervan overtuigd dat de plaatselijke ondernemers benadeeld worden als mensen in de Heyhorst voor lage prijzen merkkleding kunnen kopen.

De gemeente denkt dat dit wel meevalt. Alleen mensen met een toegangspasje mogen naar binnen om kleding te kopen. Volgens de gemeente valt het niet mee om aan die pasjes te komen.

Lammerts geeft echter voorbeelden van marktplaats waar zulke pasjes verhandeld worden. ,,Het is dus helemaal niet zo dat het lastig is om die pasjes in het bezit te krijgen.’’

De gemeente denkt dat hooguit een handjevol Scherpenzelers van de aanbiedingen gebruik zullen maken. De rest van de bezoekers zou komen uit alle windstreken van het land. Aangezien inwoners van bijvoorbeeld Groningen toch nooit kleding in Scherpenzeel zouden kopen, zou de plaatselijke middenstand ook geen schade lijden.

Lammerts betwijfelt deze stelling. Hij wijst op een aantal artikelen die onlangs onder meer in de Scherpenzeelse Krant verschenen over de problemen die ondernemers hebben om de crisis te hoofd te bieden. ,,Dan is het onbegrijpelijk dat de gemeente niet ingrijpt’’, aldus Lammerts. De verkoop ging hoe dan ook ‘gewoon’ door.