Scherpenzeel: Gemeentehuis
Scherpenzeel: Gemeentehuis Foto Rinus van Denderen

Kosten zorg zijn lastig te sturen

17 oktober 2017 om 00:00 Voorpagina

SCHERPENZEEL Overzichtelijker, doelmatiger en voordeliger. Dat was het plan achter de overdracht van taken en verantwoordelijkheden op het gebied van de Jeugdzorg, de Wmo en de Participatiewet van het Rijk naar de gemeenten. Of dit in de praktijk zo simpel uitpakt, is nog maar de vraag. Het nieuwe beleid is nog steeds in ontwikkeling, wat ook betekent dat de kosten ervan lastig te sturen zullen zijn.  

De presentatie van Kwintes, Abrona en Vitras, de drie zorgorganisaties die in Scherpenzeel gezamenlijk ondersteuning bieden aan de inwoners, bracht in de informatieronde van de gemeenteraad niet louter positief nieuws. Ja, de samenwerking met de gemeente Scherpenzeel en het multidisciplinaire lokale platform verloopt uitstekend en ja, er is nauwelijks sprake van wachtlijsten. Maar de zorgorganisaties lopen bij de nieuwe aanpak intussen ook tegen een aantal problemen op. Omdat de gemeenten bij de uitvoering van hun zorgtaken volop gebruikmaken van de eigen beleidsvrijheid is het hulpaanbod en de facturering per gemeente verschillend.

Een organisatie als Kwintes bijvoorbeeld, die met meer dan vijftig gemeenten separate contracten voor de jeugdzorg heeft moeten sluiten, heeft daardoor te maken met bijna even zovele verschillen in wat bij de ene gemeente wel en in de andere gemeente op het declaratieformulier mag worden ingevuld. Dit heeft volgens de woordvoerder van deze organisatie geleid tot een toename van maar liefst 30 procent in de administratieve kosten. Hij pleitte dan ook voor zoveel mogelijk regionale afstemming met name op het gebied van facturering.

Met de onderlinge verschillen tussen gemeenten op het gebied van een ruimhartig of minder ruimhartig zorgaanbod zei de woordvoerder van Kwintes geen moeite te hebben.

,,Sommigen duiden dit aan als ongelijkheid, maar ik zie het liever in de context van maatwerk leveren.''

Hoewel de gemeente Scherpenzeel de kosten van de overgedragen zorgtaken momenteel redelijk in de hand lijkt te hebben, werd het tijdens de informatieronde wel duidelijk dat men er nog lang niet is. Omdat het nieuwe landelijk beleid erop is gericht om zorgvragers zoveel en zo lang mogelijk zelfstandig te laten wonen, moet er meer aandacht worden besteed aan de sociale infrastructuur. Slechts in de meest zware gevallen gaat beschermd wonen voor mensen met psychiatrische problemen of een beperking nog tot de mogelijkheden behoren.

Om de gewenste uitstroom uit de instellingen goed te regelen zouden gemeenten meer woningen beschikbaar moeten maken waar deze mensen kunnen wonen, en de gemeenten moeten daarvoor draagvlak creëren in de wijken.

Ook werd met klem geadviseerd om een algemeen inlooppunt op te zetten waar mensen elkaar kunnen ontmoeten voor een praatje of een kop koffie en ook zorgvragen kunnen stellen. ,,Mensen weten elkaar niet altijd te vinden en een inlooppunt kan mensen verbinden, eenzaamheid tegengaan en mogelijke problemen signaleren.'' Hoewel Scherpenzeel volgens de organisaties een klein dorp is met een betrokken gemeenschap, zal het nieuwe beleid volgens de zorgorganisaties ook een steeds groter beroep gaan doen op de inwoners om meer verantwoordelijkheid te nemen voor de noden om hen heen. ,,Daar gaat het om in de participatiesamenleving.''

Daarnaast zien de zorgorganisaties voor zichzelf een noodzaak om in de toekomst iedere dag vierentwintig uur bereikbaar te gaan zijn om het grotere aantal zelfstandig wonende cliënten de noodzakelijke begeleiding te kunnen bieden.

Of dit beleid in de praktijk gaat leiden tot een gunstiger ontwikkeling van de zorgkosten was een vraag die tijdens de informatieronde niet expliciet aan de orde kwam. Het college zegt in ieder geval te blijven streven naar een duurzaam en (ook voor de toekomst) kostendekkend systeem van ondersteuning voor alle inwoners.

advertentie
advertentie