Bladluis in Scherpenzeel krijgt natuurlijke vijand

SCHERPENZEEL Om overlast te bestrijden krijgen bladluizen in het openbare groen in Scherpenzeel dit jaar opnieuw te kampen met een natuurlijke vijand: de larven van lieveheersbeestjes. De afgelopen jaren werd de bladluis volgens de gemeente ook op deze wijze bestreden, en met succes: de overlast was verminderd.

Bladluizen voeden zich met plantensappen. ,,Het teveel aan plantensappen wordt door de bladluizen uitgescheiden in de vorm van honingdauw. Deze kleverige substantie is niet schadelijk, maar kan ernstige overlast geven doordat bijvoorbeeld tuinmeubelen en geparkeerde auto’s kleverig worden’’, aldus de gemeente. ,,De overlast is het grootst bij langdurig warm en droog weer.

Omstreeks half mei gaat de gemeente Scherpenzeel op diverse locaties bladluizen op duurzame wijze bestrijden. ,,Dit doen wij door inzet van larven van inheemse (een van nature in Nederland voorkomende soort) lieveheersbeestjes. De afgelopen jaren heeft deze methode tot goede resultaten geleidt waardoor de overlast minder groot is. De bestrijding vindt plaats op de meest kwetsbare en overlast gevende locaties.’’

De larven worden in een wit katoenen zakje aan de boom ter hoogte van de onderste tak gehangen. ,,De lieveheersbeestjes en de larven zijn natuurlijke vijanden van de bladluizen. Een volwassen lieveheersbeestje kan 80 bladluizen per dag opeten. De larven eten nog meer bladluizen, zo’n honderd per dag.’’